undefineddownload de randvoorwaarden eindexamen productie


examencommissie
De examencommissie heeft de bindende bevoegdheid beslissingen te nemen m.b.t. de ontwikkeling, realisering, oplevering, uitbreng en distributie van de eindexamenfilms. Hieronder volgen de algemene voorwaarden. Ook in alle gevallen waarin deze niet voorzien, beslist de examencommissie.

timeslot
Fictie en documentaire: minimaal 20 en maximaal 25 minuten inclusief titels

budget
Per project stelt de academie een budgetindicatie vast. Op grond hiervan stelt de student productie een begroting op. Bij een te hoog uitvallende begroting dient deze te worden aangepast. Het is niet uitgesloten dat het scenario/documentaireplan eveneens aangepast moeten worden. De bijdrage van de academie kan variëren van circa € 4.000,- tot maximaal  € 8.500,- en is mede afhankelijk van de lengte en eventuele participatie van een omroep. De vakklas productie stelt in overleg met de betrokken studieleiders, per project het budget vast. Criteria zijn het doel, de inhoud en de beoogde vormgeving van de productie.

Begroting: de begroting dient sluitend te zijn en goedgekeurd door de productie afdeling. Indien een project een groter budget nodig heeft dan waarin de academie en een eventuele participerende omroep kan voorzien - na beoordeling van de afdeling productie- dienen studenten zelf voor het resterende bedrag te zorgen.

Budgetoverschrijdingen zijn voor rekening van de betrokken student regie en productie en eventueel andere “heads of department” die hiervoor een overeenkomst met de NFTA tekenen.

buitenland
Een eindexamenfilm wordt slechts bij zeer hoge uitzondering in het buitenland gedraaid. De examencommissie (bestaande uit alle studieleiders en hoofd onderwijsontwikkeling) beslist hierover.

kinderen en dieren
Het werken met kinderen en dieren is moeilijk, kost tijd en geeft planningsproblemen. Projecten die met kinderen en/of dieren willen werken, dienen op dit punt vooraf speciale toestemming te krijgen van de examencommissie. Het kan betekenen dat het scenario aangepast, dan wel vereenvoudigd dient te worden.

groen licht examencommissie / plan-, scenario-ontwikkeling  / pitch Publieke Omroep / realisering
De plan- en scenario-ontwikkeling vangt aan in het derde jaar. Voor de uitwerking van een plan dient op basis van een synopsis of researchplan groen licht (1) van de examencommissie te worden verkregen; in het vervolgtraject vinden nog twee groen licht momenten plaats: t.b.v. de pitch aan de Publieke Omroep (2) en t.b.v. de realisatie (3).

scenario-ontwikkeling fictieprojecten
In het undefinedscenarioprotocol zijn tijdspad, regels en eisen te vinden die betrekking hebben op de ontwikkeling van de scenario’s van de eindexamenfilms.

ontwikkeling documentaire projecten
In het undefinedregie & productieprotocol documentaire zijn de regels en eisen te vinden t.a.v. de eindexamendocumentaire voor regie- en productiestudenten.

muziek
Voor de muziek van de eindexamenfilms wordt evenals in het derde studiejaar samengewerkt met de studenten van de masteropleiding Composing for Film.

participatie omroepen
Bij het online gaan van deze studiegids is nog niet zeker of financiële participatie van de Publieke Omroep mogelijk blijft, zoals in afgelopen jaren het geval was. Zo ja, spreken de zendgemachtigden hun voorkeur uit op basis van de synopsis van het project en een pitch, die voor de fictieplannen in juni plaatsvindt en voor documentaire plannen in september. De voorkeuren van de zendgemachtigden worden zo spoedig mogelijk na de pitch bekend gemaakt. In een later stadium van de scenario-ontwikkeling beslissen de omroepen of zij in het project participeren. In het geval dat studenten hun project aan omroepen willen pitchen, dienen zij deel te hebben genomen aan de pitchtraining in het derde jaar en groen licht te hebben gekregen van de examencommissie. Er bestaat overigens geen verplichting voor samenwerking met een zendgemachtigde van de Publieke Omroep.

sponsoring
Het is toegestaan om extra financiering te zoeken voor een vierdejaars project. Fondsen- en sponsorwerving dienen in alle gevallen overlegd te worden met de productiecoach. Dit om er mede zorg voor te dragen dat de mediawetgeving in acht genomen wordt en de diverse sponsorverzoeken elkaar niet doorkruisen. Indien noodzakelijk, is het mogelijk extra apparatuur buiten de school te lenen. Dit dient overlegd te worden met de desbetreffende vakklas, die daarvoor haar eigen richtlijnen kent. Op persoonlijke titel lenen is niet toegestaan!

drager
Studenten kunnen voor de zomervakantie, een schriftelijk gemotiveerde voorkeur voor een drager aangeven, te weten film of file-based. De studieleiders nemen een principebeslissing met betrekking tot het opnamemateriaal. De drager wordt vastgesteld op basis van de leerdoelen, de inhoud, de vormgeving en productionele mogelijkheden. De logistiek, capaciteit en goodwill van de academie t.o.v. apparatuurverhuur- en facilitaire bedrijven spelen daarbij een belangrijke rol.

preproductie
- Voor documentaire geldt dat minimaal 3 weken voor aanvang van de opnameperiode het definitieve scenario gereed dient te zijn. Voor fictie is dat minimaal 8 weken voor aanvang van de opnameperiode.
- De découpage (draaiboek, plattegrond, lichtplan en gelijnd script) dient 15 dagen voor de eerste opnamedag besproken te zijn met de productiecoach en de studieleiders regie en camera.
- Het geluidsplan wordt besproken met de studieleider geluid.
- De draaiplanning dient uiterlijk 7 dagen voor de eerste opnamedag gereed te zijn en ter beoordeling te worden voorgelegd aan de productiecoach. In het geval dat een draaiplanning een te grote werkdruk doet vermoeden dient de découpage te worden aangepast en moet een nieuwe draaiplanning worden gemaakt.
- Voor iedere eindexamenfilm moet onder verantwoordelijkheid van de betrokken productiestudent(en) een postproductieprotocol te worden gemaakt en ter goedkeuring aan de docent/supervisor Postproductie te worden voorgelegd.
- Minimaal 1 week voor de opnames dient de begroting goedgekeurd te zijn door de vakklas productie. De studieleiders, de productiecoach en docent/supervisor postproductie dienen na bespreking, via het productieformulier, akkoord te gaan met het aan hen voorgelegde plan.

draaiperiode en oplevering
De planningscommissie stelt voor de zomervakantie definitieve opnameperioden vast. Iedere productie krijgt een eigen draaiperiode, postproductieperiode en opleveringsdatum. Een productie dient daarom te worden gerealiseerd in het daarvoor overeengekomen traject en vertoninggereed te zijn op de opleveringsdatum.

crewsamenstelling
De sleutelfuncties, te weten productie, regie, scenario, camera, licht, production design, geluid, IMVFX en montage moeten ingevuld worden door studenten uit het vierde leerjaar. Voor eventuele medewerking van assistenten uit lagere jaren of buiten de academie, dient een schriftelijk verzoek te worden ingediend bij de desbetreffende studieleider. Een fictiecrew mag uit ca. 18 personen bestaan. Voor alle duidelijkheid: de uiteindelijke beslissing over de crewsamenstelling ligt bij de studieleiders. Er wordt naar gestreefd om de crew van alle producties samen te stellen voor de zomervakantie.

nadere bepalingen
- Transport: een door de afdeling productie goed te keuren transportschema moet worden gemaakt, waarbij het risico voor verkeersovertredingen bij de bestreffende chaufferende student of cursist (workshopper) komt te liggen;
- WA-verzekering: alle bij de uitvoering betrokken studenten en cursisten dienen een WA-verzekering te hebben afgesloten en een bewijs van hun WA-verzekering te overleggen.
- Logboek: vóór de persvertoning dienen declaraties te zijn afgerond en logboekgegevens, quitclaims en nacalculaties (waarbij verschillende studenten taken hebben) te worden ingeleverd; anders kan het diploma later in die week niet worden uitgereikt.

postproductie
Scannen: vindt plaats in overleg met de afdeling productie. Bij de scanning wordt globaal gecorrigeerd (tussen one light en best light scan in). Kleurcorrectie is toegestaan.

Beeldmontage: maximaal 5 weken.
Geluidsnabewerking: 3 weken geluidsmontage en 1 week mixage in een surroundstudio.

In het undefinedpostproductieprotocol zijn de regels en eisen te vinden ten aanzien van de uitwisseling van materiaal tussen de beeldmontage en de geluidsafwerking.

(Af)titeling: voor de (af)titeling van producties hanteert de academie een creditprotocol. In het undefinedcreditprotocol zijn de regels en eisen te vinden voor de (af)titeling van de eindexamenfilms. Voordat er titels gemaakt worden, moeten de conceptlijsten in duplo ingeleverd worden, en geaccordeerd worden door de productiecoach. Alle logboekgegevens dienen voordat een diploma kan worden gegeven ingeleverd te zijn bij de productiecoach.

oplevering eindexamenfilm
In het opleveringsprotocol zijn de regels en eisen te vinden voor de opleveringen van de eindexamenfilms aan de academie en de Publieke Omroep

evaluatie
De eindevaluatie vindt plaats na oplevering en vóór de persvertoning, première en openbare vertoningen en is verplicht voor alle crewleden. De eindevaluatie is voorwaarde voor vertoning van een eindexamenfilm op het eindexamenfestival en/of buiten de academie.


locatiefilm
vertoningsduur: 25’ inclusief titels.
produceerbaarheid:
een realistische inschatting van de seizoensomstandigheden in relatie tot sluitende begroting, planning en locaties.
drager:
film of file based.
draairatio:
maximaal 1:8 voor fictie op film, 1:10 voor fictie op een file based camera.
draaidagen:
maximaal 9, te draaien in een aaneengesloten periode incl. reistijd en exclusief 1 rustdag.
locaties:
maximaal 9.
werkdruk:
maximum aantal uren op de set: 10, maximum aantal nachten exterieur: 2, minimum aantal uren tussen wrap en call: 12, maximum aantal shots/slates per dag: 12.
licht:
maximaal 25 KW. Aggregaat is toegestaan, mits gereden door iemand met bevoegd rijbewijs. Grip: in overleg met studieleider camera. Geluid: in overleg met de studieleider geluid.
special effects:
beperkt gebruik special effects.


randvoorwaarden examencommissie studioproject
De examencommissie heeft de bindende bevoegdheid een project in een bepaalde categorie in te delen. Bij de categorieën worden een aantal parameters genoemd. Waar dat niet het geval is, geldt ook dat de examencommissie kwantiteiten bindend kan vaststellen. In alle gevallen waarin deze specifieke voorwaarden niet voorzien, beslist de examencommissie.

studioproject
vertoningsduur film:
25’ inclusief titels.
drager:
film of file based.
draairatio:
maximaal 1:8 voor fictie op film, 1:10 voor fictie op file based camera.
draaidagen:
maximaal 9, te draaien in een aaneengesloten periode incl. reistijd en exclusief 1 rustdag.
studiosets:
maximaal 2 basissets in de studio, te ontwerpen door de studenten production design
locatievoorwaarden:
maximum aantal locaties buiten de studio: 3
werkdruk:
maximum aantal uren op de set: 10, maximum aantal nachten exterieur: 2, minimum aantal uren tussen wrap en call: 12, maximum aantal shots/slates per dag: 12.
licht:
maximaal 25 KW. Aggregaat bij locatieopnamen is toegestaan, mits gereden door iemand met bevoegd rijbewijs. Grip: in overleg met studieleider camera. Geluid: in overleg met de studieleider geluid.
special effects:
beperkt gebruik special effects.

 

documentaire
vertoningsduur film
: 25’ inclusief titels.
drager:
film of file based.
draairatio:
maximaal 1:8 voor documentaire op film, 1:15 tot 1:20 voor documentaire op file based camera.
opname crew:
maximaal 4 personen (regie, productie, geluid en camera)
draaidagen:
maximaal 21
werkdruk:
maximum aantal uren op de set: 10, minimum aantal uren tussen wrap en call: 12
licht:
maximaal 7,5 KW.
geluid:
in overleg met de studieleider geluid.
spottijd:
ruime spottijd tussen laatste opnamedag en eerste montagedag.
in te laden materiaal:
maximaal 8 uur.

Delen