derdejaar films: verdiepen experimenteren

In het derde jaar worden in principe 12 gemeenschappelijke projecten gerealiseerd: 6 documentaires en 6 fictiefilms. Studenten participeren vanuit hun eigen discipline. Studenten Cinematography, Montage, Productie, Scenario en Sound Design werken aan meerdere projecten mee en worden vanuit hun afstudeerrichting ingedeeld.

Studenten ontwikkelen deels gezamenlijk een filmplan dat na goedkeuring door het bacheloroverleg verder wordt uitgewerkt. De studenten uit de andere vakklassen worden zo vroeg mogelijk bij de voorbereidingen betrokken. De student productie is verantwoordelijk voor het nakomen van de gemaakte afspraken. Het te realiseren filmplan moet passen binnen de ter beschikking gestelde opname- en postproductietijd, binnen het beschikbaar gestelde budget en moet realiseerbaar zijn met de op de academie aanwezige faciliteiten en apparatuur. Voor de muziek wordt (verplicht) samengewerkt met studenten van de masteropleiding Composing for Film.

zie verder: handleiding 3e jaars films

organisatie en coördinatie
Anita Smit is eerste aanspreekpunt voor alle productionele zaken die (de organisatie van) de projecten beïnvloeden. Zij is studieleider van de productieklas en voorzitter van het planningsoverleg dat iedere donderdagochtend vergadert./typo3/

begeleiding / coaching
Ieder project wordt begeleid door een productiecoach en een post-productiecoach.
Voor alle zaken die het project beïnvloeden (preproductie, opname en postproductie) zijn zij aanspreekpunt. Deze coaches dragen intern zorg voor verspreiding van de informatie. Daarnaast dragen coaches van de verschillende vakklassen zorg voor coaching van hun studenten bij de uitvoering van de eigen discipline.

gemeenschappelijke leerdoelen
Na afloop van dit traject heeft de student:

  1. meer ervaring opgedaan met het gezamenlijk maken van films;
  2. geëxperimenteerd met vorm en inhoud en wellicht eerste experimenten uitgevoerd ten behoeve van hun eindexamenfilm;
  3. meer zicht gekregen op eigen en elkaars specifieke kwaliteiten;
  4. door bij te dragen aan de organisatie van de derdejaars presentaties geleerd zich te presenteren aan het publiek;
  5. een eerste beeld gekregen over hoe hun film overkomt bij vertegenwoordigers uit het werkveld.

sound design en de derdejaars films- 20 EC

kennis toetsen in de praktijk

algemene typering en inhoud
De derdejaars oefeningen zijn projecten op film of video die, afhankelijk van inhoud, stijl en facilitaire mogelijkheden, gebruik maken van surround geluid. Elke geluidsstudent is verantwoordelijk voor de geluidsopname, geluidsmontage en mixage van minimaal één productie, assisteert de klasgenoten bij andere producties en is verder maximaal beschikbaar om de derdejaarsproducties tot een goed einde te brengen. Het is belangrijk om met zo veel mogelijk verschillende regisseurs te leren werken, vandaar dat samenwerking met een ‘onbekende’ regisseur wordt bevorderd. De vakklas streeft naar een evenwichtig aanbod van documentaire- en fictieprojecten gedurende de hele opleiding en daar houdt de indeling van de studenten op de verschillende producties rekening mee.

werkwijze

literatuur 

  • script, plan van aanpak.
  • geluidsconcept, gebruiksaanwijzingen, behandelde literatuur.
  • scenario, draaiboek. 

leerdoelen

competenties
1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11

onderwijsvorm
zelfstudie, (praktijk) oefeningen, praktijkevaluatie

contacttijd

  • 10 uur per film
  • 24 uur evaluatie postproductie
  • 12 uur externe evaluatie 

docenten
Ben Zijlstra, Michel Schöpping, Jillis Molenaar, René van Uffelen, externe deskundigen e.a.

toets 

In deze omvangrijke oefening wordt uiteindelijk het volgende beoordeeld:

  • Geluidsconcept
  • Geluidsopnamen
  • Geluidsmontage
  • Mixage
  • Samenwerking
  • Presentatie sound design (tijdens postproductie evaluatie)
  • Leer/evaluatieverslag

beoordeling
De student krijgt de studiepunten toegekend indien:

  • voldoende actieve participatie(s), ook tijdens evaluaties (voorwaarde)
  • het geluidsconcept de inhoud van de film voldoende representeert
  • het geluidsconcept voldoende is voorzien van geluidsvoorbeelden (auralisaties)
  • de kwaliteit van de geluidsopnamen goed genoeg is (inclusief representatie eigenschappen)
  • de geluidsmontage voldoet aan de (geldende) normen en overdraagbaar is
  • de vertaling van de 5.1 surround mix naar een Lt-Rt en TV mix aan de internationale normen voldoet
  • de geluidsassistentietaken naar behoren zijn uitgevoerd
  • op positieve wijze is bijgedragen aan de samenwerking
  • de presentatie (van het sounddesign) voldoende inzicht biedt in het tot stand komen van het sound design
  • het leer/evaluatieverslag voldoet aan de vereisten

studiebelasting
20 EC  (560 uur)

Delen