concrete handvatten voor de SFO vanuit de speltheorie van Judith Weston

inhoud
De spellessen die gestart zijn in de specialisatieperiode van het eerste jaar worden hier voortgezet, waarbij dieper wordt ingegaan op de speltheorie van Judith Weston. Hierbij gaat het er vooral om de regisseurs concrete handvatten aan te reiken om met acteurs aan het werk te kunnen, zowel bij castings, repetities, als op de set. Vanuit de analyse van een script/scène en een regievisie, leer je te komen tot speelbare opties voor de acteurs. Tijdens de lessen zullen ook praktijkoefeningen gedaan worden met professionele acteurs.

leerdoel
Je leert je vaardigheden als spelregisseur verder te ontwikkelen, om tijdens de KFO met professionele acteurs te kunnen werken.

competenties
1. Creërend vermogen
2. Onderzoekend vermogen
3. Ambachtelijk vermogen
4. Samenwerkend vermogen
5. Vermogen tot groei en vernieuwing
7. Communicatief vermogen

onderwijsvorm
werkcollege met opdrachten/praktijkoefening

docent
n.n.b.

toetsvorm
praktijkopdracht(en)

beoordeling
- 80% aanwezigheid en actieve participatie
- een voldoende voor de opdrachten/praktijkoefening (O/V beoordeling)

studiebelasting
3 EC (84 uur)

Delen