tweedejaars oefening

De tweedejaars oefening vormt een logisch vervolg op de korte oefeningen in het documentaire en fictie genre, de KFO en KDO. Vanuit de eigen discipline werken alle tweedejaars aan de tweedejaars film. De regiestudenten maken een fictie- of een documentaireoefening, afhankelijk van de studierichting waarvoor ze zijn aangenomen. Van alle studenten wordt verwacht dat ze nu zelfstandiger kunnen werken. Er is minder begeleiding door docenten en de oefeningen worden binnen de 020-regio op locatie gedraaid. De studenten worden door de studieleiders ingedeeld voor de diverse oefeningen. De student draagt verantwoordelijkheid voor de persoonlijke invulling van de eigen vakdiscipline. Bij de documentaire projecten vindt een vooroefening plaats. Na iedere opnameperiode wordt een draaievaluatie georganiseerd, die door elk crewlid en een aantal docenten wordt bijgewoond: tijdens deze evaluatie wordt ingegaan op de artistieke aspiraties van elk crewlid en hoe die tot uitdrukking konden komen tijdens de voorbereiding en het draaien in relatie tot samenwerking, communicatie, de vakmatige vaardigheden en het planmatig werken. Studenten wordt in dit gesprek ook gevraagd in te gaan op de begeleiding zoals die zij die voor en tijdens het draaien hebben ervaren. De postproductie wordt afgesloten met een postproductie-evaluatie: onder begeleiding van docenten, studieleiders en/of coaches wordt duidelijk in hoeverre de vakklasvoorwaarden en planning zijn gevolgd, hoe de uitwisseling van het materiaal heeft plaatsgevonden, wanneer de definitieve muziekkeuze is gemaakt, hoe de samenwerking (praktisch en inhoudelijk) tijdens de postproductie was tussen de studenten regie, productie, montage en geluid en welke consequenties dit heeft gehad voor de totstandkoming van de uiteindelijke productie. Wanneer alle tweedejaars oefeningen gereed zijn voor vertoning, volgt een eindevaluatie binnen de vakklassen: deze evaluatie is gericht op het eindresultaat, de doelstellingen van het tweede jaar in aanmerking nemend.
Studenten leggen uit voor welke creatieve en ambachtelijke keuzes zij stonden tijdens de verschillende fases van het maakproces en motiveren deze. Studenten ontvangen nader bericht over de vakklasgerichte evaluatie waarin de eigen vakdiscipline centraal staat.
De tweedejaars oefeningen worden alleen intern vertoond.
toetsing
Oefening en verslag. Dit verslag dient te worden ingeleverd bij de eigen vakklas.
normen
Een positieve beoordeling van:
- het creatieve vermogen;
- het op voldoende niveau functioneren in de eigen vakdiscipline;
- de werkhouding (waaronder het nakomen van afspraken) en participatie;
- het vakmatig en inhoudelijk inzicht;
- de sociale en communicatieve vaardigheden;
- deelname evaluaties;
- het tijdig ingeleverde verslag van de student.

Delen