doelen

De Filmacademie kent twee soorten doelen: eindkwalificaties en leerdoelen.

Eindkwalificaties
Eindkwalificaties beschrijven wat een student aan het eind van de opleiding moet kunnen. Deze kwalificaties vormen dus de einddoelen en de inhoud van de opleiding (vroeger spraken we van eindtermen). De Nederlandse Filmacademie heeft de eindkwalificaties beschreven in de vorm van competenties.

Leerdoelen
Leerdoelen zijn tussendoelen. Zij geven aan wat er nu eigenlijk geleerd moet zijn aan het eind van een bepaald onderdeel van het onderwijsprogramma. De leerdoelen vind je in deze studiegids in de beschrijvingen van de programmaonderdelen.

de competenties van de producent

  1. Creëren
    De afgestudeerde producent geeft leiding aan de initiatie, ontwikkeling en realisering van cinematografische producties en stelt de hoofdkaders vast voor de te volgen processen
  2. Visie
    De afgestudeerde producent heeft eigen, toepasbare opvattingen over voor verfilming geschikte verhalen, die een publiek zullen kunnen boeien.
  3. Samenwerken en communiceren
    De afgestudeerde producent geeft leiding aan uiteenlopende vakspecialisten, in  verschillende samenwerkingsverbanden en weet eigen handelen zowel verbaal, non-verbaal als in schrift effectief en efficiënt over te brengen, af te stemmen en te  verantwoorden.
  4. Ambachtelijk vermogen
    De afgestudeerde producent beschikt over de kennis en het vermogen een leidende rol te vervullen in de initiatie, ontwikkeling, financiering, realisering, uitbreng en distributie van cinematografische producties voor verschillende platforms.
  5. Planmatig en resultaatgericht werken
    De afgestudeerde producent stelt kaders, doelen en prioriteiten en organiseert de benodigde acties, tijd en middelen om deze doelen te bereiken.
  6. Flexibiliteit
    De afgestudeerde producent handelt effectief met souplesse als onverwachte omstandigheden daar om vragen.
  7. Ondernemerschap
    De afgestudeerde producent heeft de basiskennis om een productiebedrijf te starten en te voeren, zonder en met personeel.
  8. Omgevingsgerichtheid
    De afgestudeerde producent heeft kennis van en opvattingen over maatschappij en samenleving en weet (ideeen voor) cinematografische verhalen te herkennen die een publiek zullen kunnen boeien.
  9. Lerend vermogen
    De afgestudeerde producent bezit het vermogen om te leren, te ‘leren leren’ en zich blijvend te ontwikkelen.
  10. Reflectief vermogen
    De afgestudeerde producent reflecteert op processen en gedragingen (van zichzelf en anderen) en brengt waar nodig verbeteringen aan.
  11. Innovatief vermogen
    De afgestudeerde producent is gericht op de verkenning/ontdekking van mogelijkheden voor innovatieve processen en producties in de cinematografie.
Delen